Skip to Content

Urineverlies (na kinderen); wat kun je eraan doen?

Urineverlies (na kinderen); wat kun je eraan doen?

Urineverlies of incontinentie is een veelvoorkomend probleem na de zwangerschap. Tijdens de zwangerschap heeft ongeveer 1 op de 3 vrouwen last van incontinentie en bij een groot deel blijft dit ook zo na de bevalling. Waar komt het door, gaat het weer over en kun je er zelf iets aan doen?

Waardoor ontstaat urineverlies na de bevalling?

Tijdens je zwangerschap past je lichaam onder invloed van hormonen zich aan, aan jouw zwangere lichaam. Hierbij bereidt het zich bijvoorbeeld ook voor op de aankomende bevalling. Je bekkenbodemspieren en het bindweefsel worden weker tijdens de zwangerschap. Dit moet wel omdat anders de baby niet geboren zou kunnen worden.

En daarmee kan het voorkomen dat de bekkenbodem te weinig steun geeft, waardoor de plasbuis niet meer goed afgesloten wordt. Komt er meer druk op je blaas te staan (omdat deze voller zit of als je bijvoorbeeld moet lachen), dan kun je urine verliezen. Overigens kan een kunstverlossing of langdurig moeten persen de kans op urineverlies eveneens vergroten.

Wat is je bekkenbodem?

Die bekkenbodem hangt als het ware onder in je buik. Het bestaat uit spieren en banden en biedt ondersteuning aan de organen in je buik. Hier vallen onder andere je baarmoeder maar ook je blaas onder. Na de bevalling zullen de spieren en het bindweefsel van je bekkenbodem zich weer gaan herstellen.

Is urineverlies na de bevalling blijvend?

In principe zal je lichaam ontzwangeren en zal daarmee ook je bekkenbodem zich weer gaan herstellen. Incontinentie zal in veel gevallen dan ook na verloop van tijd weer oplossen. Gebeurt dit niet, dan hoef je hier niet mee rond te blijven lopen! Je kunt 3 maanden aanhouden om dit aan te kijken en dan toch de gang naar de huisarts maken als het niet over is. Je doet dit eerder als het urineverlies groot is. Geef je borstvoeding? In dat geval kan het wat langer duren omdat je lichaam langer onder invloed van zwangerschapshormonen blijft.

Stressincontinentie

Urineverlies na een bevalling valt onder stress incontinentie of inspanningsincontinentie. Hier valt urineverlies onder door de verslapping of beschadiging van de bekkenbodemspieren. Het urineverlies treedt op bij lichamelijke inspanning, zoals sporten. Maar een stevige lachbui kan, zoals al eerder vermeld, eveneens een probleem zijn…

De behandeling van incontinentie

De huisarts zal de spanning van je vagina controleren. Ook kan het invullen van een plasdagboek een aanrader zijn, zodat hij een goed beeld krijgt van het probleem. Een volgende stap kan bekkenfysiotherapie zijn. Is het urineverlies dusdanig dat je er heel veel last van hebt, dan kan hij je doorsturen naar de gynaecoloog. Medicijnen om dit soort urineverlies te bestrijden zijn er niet.

Bekkenfysiotherapie

De plasbuis weer goed kunnen afsluiten kun je oefenen. Met deze oefeningen versterk je de spieren die hiervoor moeten zorgen. Dit zijn de bekkenbodemspieren. Uiteraard zul je hier wel serieus mee aan de slag moeten om het ook te laten slagen. En dat is zeker de moeite waard, want maar liefst 70% heeft hier baat bij.

Incontinentiebandje

Een ander middel is het plaatsen van een incontinentiebandje. Dit is een kunststof bandje wat onder de plasbuis wordt aangebracht. Dit wordt niet zomaar gedaan. Het urineverlies moet wel heel groot of hinderlijk zijn, of de klachten blijven bestaan na de fysiotherapie. Het bandje zal de plasbuis ondersteunen waardoor deze weer gesloten wordt door de sluitspier als er sprake is van drukverhoging. 90% van de vrouwen die deze operatie ondergaan heeft er baat bij. De operatie op zich is niet ingewikkeld en wordt gezien als een kleine ingreep.

Let op!

Ga nooit minder drinken! Je hebt vocht nodig om je lichaam gezond te houden. Het is misschien verleidelijk om te denken dat als je minder drinkt, je ook minder zult hoeven plassen, maar hiermee schep je andere, serieuze gezondheidsproblemen! En de incontinentie gaat er niet mee over.

Klachten voorkomen of verminderen

Natuurlijk kun je zelf wel degelijk invloed hebben op het probleem. Je kunt zelf thuis je bekkenbodemspieren al oefenen voordat er iets aan de hand is. Deze oefeningen worden vaak al gegeven bij zwangerschapscursussen. Maar er is meer wat je kunt doen om het risico te verkleinen:

  • Minder cafeïne drinken. Door de cafeïne zul je namelijk meer aandrang hebben om te gaan plassen.
  • Leef gezond. Een gezond lichaam kan zich immers het beste herstellen!
  • Plas goed uit. Neem de tijd om te plassen, ga als je aandrang hebt en zorg dat je blaas zich dan ook helemaal leegt.
  • Drink voldoende en eet vezelrijk zodat je ontlasting soepel gaat. Obstipatie kan namelijk de plasproblemen vergroten!
  • Bij overgewicht is afvallen aan te raden. De kans op urineverlies is groter bij overgewicht omdat er dan meer druk gegeven wordt in de buikholte.

Zelf oefeningen doen

Je kunt dus zelf ook al thuis oefeningen gaan doen om urineverlies te verminderen (of misschien zelfs wel te voorkomen).

  • Ga op je rug liggen en buig de benen. Span je bekkenbodemspieren aan. Dit doe je door net te doen alsof je een plas en je ontlasting moet ophouden. Span aan en laat weer los. Doe dit meerdere keren achter elkaar. Je doet het goed als je buik- en bilspieren niet bewegen. En ook je bekken zelf niet. Doe het in een rustig tempo en herhaal dit zo’n 10 keer. Je kunt dit ook in andere posities doen en eigenlijk ook gewoon in de rij bij de kassa…. Door dit geregeld gedurende de dag even te doen train je je bekkenbodemspieren en eigenlijk kost dit helemaal geen extra tijd!
  • Net als hierboven maar breidt het aanspannen uit. Voer dit op naar zo’n 10 seconden. Adem rustig door tijdens de oefening. Laat tussen elke aanspanning zo’n 20 seconden rust zitten.
  • Bij inspanning ga je ook oefenen. Moet je niezen, hoesten of lachen? Of iets optillen? Allemaal momenten dat je last kunt hebben van urineverlies. Voel je een hoestbui opkomen? Dan span je eerst heel bewust je bekkenbodemspieren aan!
  • Je kunt nog meer trainen door het aantrekken van de bekkenbodemspieren in stukjes te doen. Je spant iets aan, wacht even, en dan nog iets meer en dit voer je op. Ook het loslaten doe je in stukjes. En dan weer even ontspannen voordat je het nog een keer doet.
  • Verschillende posities geven weer andere uitdagingen. Je kunt de oefeningen dus liggend op je rug, op je zij of staand doen. Maar je zou het ook kunnen doen als je op handen en knieën zit of op de fiets.

Meer informatie vind je hier.

Wil

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *