Skip to Content

Meest voorkomende tuinvogels in Nederland

Meest voorkomende tuinvogels in Nederland

Word je ook zo blij van al die vogeltjes in je tuin? Je zult er vast wel een aantal herkennen. En soms zie je opeens een vogeltje die je nog nooit in je tuin hebt gespot.

Welke tuinvogels komen vooral in Nederland voor? En hoe kan jij ze herkennen? We laten je kennis maken met bekende tuinvogels in ons land. Maar natuurlijk zijn er veel meer!

De merel

De merel heeft een rollende zang als het om een mannetje gaat, dat in het voorjaar wil opvallen. Anders klinkt de merel meer schel. Hij is zwart gekleurd en zij heeft en donkerbruin verenkleed, waarbij ze een iets lichtere borst heeft. Ze zijn dus heel goed van elkaar te onderscheiden.

Ze wonen waar grasveldjes zijn (of grotere gebieden met gras) en bomen en struiken. Ze eten wormen, insecten, bodemdiertjes, bessen en fruit.

De kauw

Ook de kauw is zwart. Deze vogel heeft zilvergrijze kopzijden. Ze leven in groepen en eten insecten, slakken, wormen, knoppen, zaden, bessen, maar ook kadavers en resten van ons eten…

De kauw is dol op gebieden waar mensen wonen. Maar kan ook wel voor komen in bossen met grote holen of in de open duinen bij de Wadden.

De kokmeeuw

De kokmeeuw is een witte vogel met een bruine kap in de zomer. In de winter ziet het er meer uit als een koptelefoontje op zijn witte kopje. De kokmeeuw broedt aan zoet water en aan de kust.

Verder vindt hij zijn voedsel vaak in waterrijke grasgebieden en op wad en slik. Als het geen broedtijd is kan je de kokmeeuw overal tegenkomen, ook in de stad.

De huismus

Vroeger de meest gewone vogel die er in een tuin te vinden was en opeens zag je hem bijna helemaal niet meer. Het diertje staat volgens de vogelbescherming op de rode lijst! De huismus bivakkeert graag in de buurt van mensen. Liefst in tuinen die niet al te netjes zijn. Ook veel hoge bomen jagen de huismus weg.

De vink

De vink leeft in boomrijke gebieden, zoals het bos, in tuinen met bomen en parken. Ze leven op zaden en andere zachte plantendelen. De mannelijke vink heeft in de broedperiode een blauwgrijs petje op, zijn wangen en zijn borst zijn oranjerood. Zijn staartveren zijn zwart en de buitenste staartpennen wit.

Een vrouwtje is minder opvallend (wat natuurlijk zijn redenen heeft) en kan daardoor verward worden met de huismus. De vink heft twee witte vleugelstrepen, die de mus niet heeft.

De koolmees

De koolmees is een grote bekende in de tuin. Met een gele onderkant en een glanzende zwarte kap en een groene rug is het een vogel die bekend staat als best wel agressief.

De koolmees is ongeveer twee keer zo groot dan de pimpelmees. Hij eet insecten, zaden, noten en in de koude periode vooral boomzaden.

De pimpelmees heeft blauwe vleugels met witte dwarsstrepen. Ze hebben een blauwe kap en een gele onderkant. Hun zwart met witte gezichtstekening is kenmerkend. Ze zijn vrij lawaaiig en komen veel voor. Ze laten een ‘tsie-tsie’ horen en ze eten vooral zaden, noten, insecten en spinnen.

Duiven

Er zijn meerdere duivensoorten die we tegenkomen, zoals de Turkse tortel, de stadsduif en de houtduif. De houtduif is daarbij de grootste in ons land voorkomende duif. Terwijl de tortel veel fijner is.

De stadsduif heeft op het eerste oog veel weg van de houtduif, maar je zou denken dat het vooral de kleur is die verschil maakt.

Toch ligt het anders. De stadsduif stamt namelijk af van de rotsduif en je zou het een beetje als de tam gemaakte rotsduif kunnen zien. De stadsduif varieert ten opzichte van elkaar wat hun verenkleed betreft. Daarin is niet één geheel. 

De wilde eend

De eend hoeft waarschijnlijk geen uitleg, maar verdient toch wel een plekje in dit lijstje. Ligt je tuin aan een sloot, dan zal je zeker regelmatig de eend mogen begroeten in je tuin.

Het roodborstje

Het roodborstje tikt nog altijd zacht tegen het raam … nou ja, niet letterlijk, maar hij is nog altijd te spotten in onze tuinen. Met zijn rode borstje is hij goed herkenbaar. Ze komen overal voor als er maar wel bomen zijn.

In de winter zoeken ze ook de stadstuinen op. Ze eten insecten, spinnetjes en ander klein gedierte en vullen dit aan met zaden en bessen. 

De staartmees

De staartmees scharrelt in de zomer in familiegroepjes door lage begroeiing, zoals bosjes. In de winter worden de groepen groter en begeven ze zich in boomrijke streken. De staartmees maakt een hoog geluid wat klinkt als ‘tsie tsie’. Ze eten insecten en spinnen en zaad.

Een staartmees heeft een bol lijfje en een lange, smalle staart. Door deze aparte vorm zijn ze goed te herkennen. Ze hebben roze schouderveren, een zwart met roze rug en een zwart met wit verenkleed. 

De ekster

Eksters zijn intelligent en zijn heel makkelijk te herkennen. Ze zijn zwart-wit, waarbij de buik wit is en de kop en rug zwart. De snavel is donker. De zwarte veren hebben een prachtige, kleurrijke glans als het licht erop valt. Het zwart blijkt dan opeens ook paars, groen en blauw erin te hebben zitten.

Eksters leven in open gebieden, maar wel graag met bomen verspreid hierop. Gebieden zonder bomen zien ze niet zitten. Eksters zoeken hun eten vooral op de grond en eten dan zowel dierlijk voedsel als kevers, maar ook muizen!

Of eieren, hagedissen en ook gewoon insecten. Maar ook kadavers van aangereden dieren worden opgegeten of parasieten die ze vinden op de ruggen van schapen en koeien. En alsof dat nog niet genoeg is: ook bessen en zaden gaan erin. 

Vogels herkennen

Natuurlijk (gelukkig) is dit maar een kleine greep van alle vogels die je kunt spotten in je eigen tuin! Wil je meer vogels herkennen? Geen probleem. Je kunt ontzettend leuke vogelgidsjes kopen. Maar nog makkelijker (en stiekem leuker…) is een app die de vogel herkent aan zijn zang!

Hoe simpel wil je het hebben? De app Warblr geeft je antwoord op de vraag welke vogel het is als je het geluid opneemt. 

Wil

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *